Een fiets, vaak een fiets of fiets genoemd, is een door mensen aangedreven, pedaalaangedreven enkelsporig voertuig met twee wielen die achter elkaar aan een frame zijn bevestigd. Een fietser wordt een fietser of fietser genoemd.
Fietsen werden in de 19e eeuw in Europa geïntroduceerd en sinds 2003 zijn er wereldwijd meer dan een miljard geproduceerd, twee keer zoveel als het aantal geproduceerde auto’s. In veel regio’s zijn ze het belangrijkste vervoermiddel. Ze bieden ook een populaire vorm van recreatie en zijn aangepast voor gebruik als kinderspeelgoed, algemene fitness, militaire en politietoepassingen, koeriersdiensten en wielrennen.
De basisvorm en configuratie van een typische staande of veiligheidsfiets is weinig veranderd sinds het eerste model met kettingaandrijving rond 1885 werd ontwikkeld. Maar veel details zijn verbeterd, vooral sinds de komst van moderne materialen en computerondersteund ontwerp. Deze hebben gezorgd voor een wildgroei aan gespecialiseerde ontwerpen voor vele soorten fietsen.
De uitvinding van de fiets heeft een enorm effect gehad op de samenleving, zowel op cultureel gebied als op het gebied van moderne industriële methoden. Verschillende componenten die uiteindelijk een sleutelrol speelden in de ontwikkeling van de auto, werden aanvankelijk uitgevonden voor gebruik in de fiets, waaronder kogellagers, luchtbanden, kettingaangedreven tandwielen en spaakwielen. Het woord fiets verscheen voor het eerst in Engelse druk in The Daily News in 1868, om “Fietsen en driewielers” op de “Champs Elysées en Bois de Boulogne” te beschrijven.
Het woord werd voor het eerst gebruikt in 1847 in een Franse publicatie om een ongeïdentificeerd tweewielig voertuig te beschrijven, mogelijk een koets. Het ontwerp van de fiets was een vooruitgang op de velocipede, hoewel de woorden een tijdlang met enige overlap werden gebruikt.Andere woorden voor fiets zijn “fiets”, “duwfiets”, “pedaalfiets” of “fiets”.
Thank you for such interesting information. Keep it up Shirley!
Thank you. It means so much.